Bijdrage Huisvesting Gemeentelijke Organisatie
De gemeente moet een huis hebben. Een huis waarin het college van B&W met haar ambtenaren werkt aan de gemeente Zuidplas. In zijn bijdrage aan de raadsvergadering van 22 september 2015 liet raadslid Aart Slobbe weten een ander voorstel te verwachten van het college. En natuurlijk legde hij de vinger bij het financiële verhaal. Lees hier zijn bijdrage.
Voorzitter,
Op grond van de informatie die met de Raad is gedeeld tijdens de informatieavonden in mei en juni van dit jaar, hadden wij eerlijk gezegd een ander voorstel verwacht dan het nu voorliggende. Op basis van de functionele eisen in het kader van Het Nieuwe Werken alsmede de gewenste flexibiliteit ten aanzien van de ruimtelijke indeling en de termijn waarop de nieuwe huisvesting beschikbaar zou zijn, wees alles in de richting van De Saffier. Nu ligt, voor ons onverwacht, de keuze voor het huidige Raadhuis voor.
Niet de economisch voordeligste keuzevariant overigens, want dan zou de keuze gevallen zijn op het leegstaande Gemeentekantoor in Zevenhuizen. Maar onze fractie kan zich vinden in de aangevoerde kwalitatieve argumenten (slechte bereikbaarheid met openbaar vervoer en een tekort aan parkeerruimte) om niet voor die locatie te kiezen. Het argument dat het huidige gebouw in een slechte staat verkeert, overtuigt ons echter niet. Als dat zo zou zijn, had dat in de kostencalculatie terug moeten komen. In het voorstel hanteert het College echter dezelfde kostenindicatie per m2 voor het huidige Raadhuis en het Gemeentekantoor. Voor beide panden € 1.150/m2. In het kader van een zekere spreiding over de verschillende kernen vinden wij het overigens wel jammer dat het Gemeentekantoor op grond van niet-financiële argumenten moet afvallen.
Voorzitter, de huisvesting voor de Gemeentelijke Organisatie raakt aan goed werkgeverschap. Wij gaan er van uit dat ook het personeel zich over de verschillende opties heeft mogen uitspreken. Wij hebben daar in de stukken niets over gelezen. Kunt u daar alsnog iets over zeggen?
Dan de financiën. Ik heb al opgemerkt dat het College niet voor de meest economische variant heeft gekozen. Wat de overblijvende opties betreft, ontlopen de twee overblijvende opties elkaar niet zo heel veel, zeker als in ogenschouw genomen wordt dat de kostencalculaties gebaseerd zijn op nog niet geverifieerde aannames. En dat brengt risico’s met zich mee. Immers, als je nu kiest voor de optie Raadhuisplein en in de verdere uitwerking blijkt dat er zich forse financiële tegenvallers voor doen, kun je wel terug naar optie Saffier, maar u kunt raden hoe sterk uw onderhandelingspositie dan is en dat naar twee kanten: richting eigenaar van De Saffier en richting potentiële koper(s) voor het Raadhuisplein.
Als Raad kunnen wij niet anders dan een besluit nemen op grond van de door u aan ons verstrekte cijfers, maar wij stellen vast dat het College hiermee wel een aapje op haar schouders neemt.
Voorzitter, wij ronden onze bijdrage in eerste termijn af met vier concrete vragen:
- Hoe is de stem van het personeel in uw voorstel meegewogen?
- Heeft het College een risicoanalyse uitgevoerd ten aanzien van de kostenramingen en wat zijn daarvan de uitkomsten?
- Kan nogmaals geprobeerd worden uit te leggen wat nu de betekenis is van de gemiddelde jaarlasten over 5, 10 en 20 jaar? Het is mij nog steeds een raadsel.
- Het College vraagt een voorbereidingskrediet van € 200.000 beschikbaar te stellen, te dekken uit de Algemene Reserve. Vormen die kosten geen onderdeel van uiteindelijke verbouwingskosten of de op € 2,6 miljoen geraamde projectkosten die geactiveerd worden? Zo ja, vindt dan op moment van activeren weer een terugstorting / dotatie aan de Algemene Reserve plaats?