Voorzitter,

Je hoeft het dagelijks nieuws niet heel intensief te volgen om te weten dat de energietransitie een van de meest dominante beleidsthema’s is die de politieke agenda nu en in de komende jaren zal bepalen.

Vanuit die optiek bezien ligt er een sympathiek raadsvoorstel voor: uitbreiding van het budget voor het verstrekken van duurzaamheidsleningen.

Toch kwamen er bij de voorbereiding rond dit voorstel enkele vragen bij onze fractie op, die ik graag met het college en de andere fracties wil delen.

Allereerst: is het verstrekken van duurzaamheidsleningen een taak voor de lokale overheid? Ik denk in dit kader aan de argumentatie van het college om de in het verleden aan Woonpartners verstrekte woningfinanciering versneld af te bouwen.

Daar hangt direct mee samen de vraag wat ons instrument toevoegt aan resp. waarmee het zich onderscheidt van initiatieven uit de private sector, het bankwezen en elektriciteitsleveranciers. Ik heb in de afgelopen maanden meerdere aanbiedingen ontvangen om mijn energiebehoefte te verduurzamen. Er is dus sprake van een breed aanbod. En ik ga er van uit dat de gemeente niet beoogt de concurrentie met marktpartijen aan te gaan. Vandaar dus onze vraag wat dit instrument toevoegt aan het private aanbod.

En als derde: hoe lang willen we als gemeente met dit initiatief doorgaan als we er van uit gaan dat het Klimaatakkoord op afzienbare termijn moet worden ondertekend en het Rijk en de financiële sector middelen ter beschikking zullen stellen om de energietransitie een impuls te geven?

Deze vragen en de daarbij behorende antwoorden hebben wij in het voorliggende raadsvoorstel niet terug gezien.

Daarom verzoekt onze fractie het college om in de tweede helft van 2020, als er naar verwachting meer duidelijkheid is over het definitieve Klimaatakkoord en de consequenties voor onze inwoners en bedrijven van de implementatie van de regionale energiestrategie, te komen met een evaluatie van dit financieringsinstrument en de door ons gestelde vragen daarbij mee te nemen. En verder zien we daarin graag een geactualiseerde beschouwing over de kostendekkendheid van de regeling terug. Ondanks de geruststellende antwoorden op onze technische vragen zijn wij van mening dat de gemeente met deze regeling wel heel erg scherp aan de wind zeilt. Een ruimere opslag voor afdekking van risico’s op wanbetaling lijkt ons geen overbodige luxe.